Categorieën
Nieuwsberichten

Binnenstadskrant: ‘Gemeente moet goede buur werfkelders worden’

De eigenaar van een kelder in het wervengebied heeft aan drie kanten de gemeente als buur: door de weg, de werfmuren en de fundering. De gemeente moet zich (dus) als een goede buur opstellen. Dat houdt in: te zwaar verkeer weren en zorgen voor een goede afvoer van regenwater. Daarnaast moet zij haar eigendommen goed beheren en onderhouden. Deze ‘zorgplicht’ is wat ze als overheid moet doen – haar publiekrechtelijke taak. Maar hoort ook bij fatsoenlijk nabuurschap. Bovendien: schade aan een kelder tast het gemeentelijk erfgoed aan. Dat zou Utrecht niet moeten willen.


Dat schrijft de Commissie van Wijzen Werfgebied in het conceptadvies De vergeten burenplicht dat 1 maart is uitgebracht. De club brengt de rechten en plichten van keldereigenaren en gemeente in kaart en adviseert over mogelijke samenwerking. Als de gemeente zich als een goede buur zou gedragen, voorkomt dat schade. Ook worden de eigenaren dan als vanzelf goed en tijdig geïnformeerd en zo mogelijk betrokken. De commissie raadt aan een werfmeester of keldermeester aan te stellen: iemand die het wervengebied en de bewoners ervan kent en snel kan handelen.


‘Geen juridisch gevecht’
De gemeente heeft herstel van de werfkelders eerder stopgezet omdat de kosten te hoog waren en het probleem ingewikkelder bleek dan gedacht. Richt een stichting op met een onafhankelijke voorzitter – zo luidt het advies van de commissie – waarin eigenaren en gemeente samenwerken. De stichting kan met eigenaren overeenkomsten sluiten die mikken op herstel. De eigenaren zijn vrij om mee te werken. Een ander permanent overlegorgaan van eigenaren en gemeente, dat geen eigen bevoegdheden heeft, maar tijdig kan overleggen over problemen en oplossingen, ondersteunt de stichting. Voorkom een juridisch gevecht, is de wijze raad. Bij ruzie of dreigende geschillen passen mediation en een laagdrempelige oplossing.

De commissie constateert dat keldereigenaren weinig vertrouwen hebben in de gemeente. Dat komt doordat de gemeente volgens hen te weinig doet tegen het te zware verkeer over de grachten. Maar ook doordat de gemeente niet thuis geeft bij scheuren en lekkages. Maar deep down hebben beide partijen dezelfde belangen: ze willen beiden erfgoed behouden en streven naar een veilige situatie en waterdichte kelders. Er is sprake van ‘parallelle belangen’, alleen onderkent de gemeente dat niet.
De Commissie van Wijzen Werfgebied verheldert de eigendomsverhoudingen: de gemeente is de eigenaar en beheerder van wegen, werven, werfmuren, kade-, wal- en kluismuren (met de fundamenten daarvan), bruggen en bomen. De werfkelders behoren toe aan de eigenaren van de daarmee verbonden grachtenpanden. ‘Losse’ kelders (wees- en spookkelders) zijn eigendom van de gemeente.

De eigenaren zijn verantwoordelijk voor goed onderhoud van hun werfkelders. Maar schade door tekortschieten van de gemeente in háár taak komt echt voor rekening van de gemeente. Als bij bepaalde schades het vermoeden is dat deze is veroorzaakt door (nalatigheid van) de gemeente, dan mag die bewijzen dat het in een concreet geval anders ligt. Zo’n ‘bewijsvermoeden’ is op zijn plaats bij scheurschade in werfkelders, bij lekkages van bovenaf en bij schade ontstaan na aanleg of herstel van leidingen.
Op dit conceptrapport De vergeten burenplicht kan drie weken gereageerd worden. Daarna komt er een definitieve versie.

Lees het volledige Nieuwsbericht gepubliceerd door: